Some of my poems
in Dutch

De weg naar boven is donker en zonder eind
bestraat met zwarte keien
Mijn stappen verstommen in het niets
om daar dan te gedijen

Ik betwijfel mijzelf bij iedere stap
met mij de angst van velen
Hun woede en het onbegrip
dat ik met niemand kan delen

Maar er is geen thuis om naar terug te keren
geen weg naar achter of benee
Opzij slechts koude stenen
ik vervolg mijn weg gedwee

De muren heb ik reeds doorbroken
naar de vrijheid heb ik gereikt
Om dan weer langzaam terug te zakken
Als buiten binnen blijkt

Ik zou de wereld willen omhelzen
maar mijn armen zijn te kort
Mijn vingers raken net
de rand van mijn fantasie
Als ik door het venster van mijn gedachten kijk
dan zie ik jou
Ik zou het glas willen breken
want dit is duidelijk een geval van nood
Maar ik kan het niet
wil wel, maar kan gewoonweg niet
En net als al het andere in mijn leven
verdwijn je
om daarna alleen nog in mijn gedachten
voort te bestaan
En ik sleep me weer door nog een dag
in een roes van bewustwording
van de zo vele fouten
die mijn bestaan zijn gaan vormen
Eenzaam in een menigte
van mensen die geen mensen zijn

Waarom.. is de vraag op alle antwoorden
als eens te meer het samenspel van water en vuur
het pad legt door het midden
als wens en droom versmelten
tot de weerspiegeling van bitter zout
Ik steek mijn hand uit naar de verte
maar voel slechts de stralen van je zon



Ik spreek woorden zonder klanken
als de druppels op mijn groen
Ik denk gestaltes zonder vorm
die mij herinneren aan toen

Het was heel ver van nu
maar geen verleden
noch de toekomst
of het heden

Ik was zelden of juist vaak
misschien niet of nooit geweest
Ik was een schaduw van licht
spraakzaam en toch bedeesd

En even streelt een bries mijn kruin
heel even maar, voordat ik ren
van dat ene moment van heimwee
dat iets dat ik niet ben



Ik ben bijna alleen
met mij is slechts de leegte en de stilte
Daar onder de zwarte horizon

Zelfs de sterren spelen dood
geen wolk die zich waagt onder het oog van de hemel
Daar aan de zwarte horizon

Ik hou me immer stil
de nacht schijnt op het eeuwig strekkende zoeken
doorboort mij met zijn stralen

Ik probeer te schreeuwen
maar woorden en stem schieten mij tekort
Als een opgeheven vinger

Dan besef ik plotseling
dat de waarde van het niet langer zijn
mijn stilte heeft doorbroken

Dat het verlangen
alleen kan bestaan door dat ene ontbreken
van dat gene dat niet mist

Ik sla mijn ogen haastig neer
nooit zal ik meer trachten te spreken
Daar onder de zwarte horizon



Ik heb niet de moed
om van je te scheiden
van de liefde die ik nooit heb mogen kennen
want slechts je schaduw hield ook van mij
denk ik

Maar ook heb ik niet de moed
om het leven te laten
voor wat het is
om je in mijn armen te nemen
want jij bent mijn sterren, planeten, mijn heelal

Ik heb niet de moed
maar laat niemand zeggen dat ik het niet heb geprobeerd
ik was slechts een marionet in mijn eigen handen
echter de touwtjes zaten in de knoop

Zou iemand mij misschien kunnen zelfdoden
want ik heb niet de moed



De dagen zijn als een strop om mijn nek
en toch heeft geen mens mij gehangen
Het was mijn blinde geloof
in de leugen als god,

mijn onnozelheid van vlees en bloed,
met het touw in handen

De waarheid was mijn galgemaal



Ik voel me bedrogen door mijn eigen emoties,

in boeien geslagen
door mijn fatsoen
doch ik verzet mij niet

Onze woorden
beledigen de metafoor
doch ik verzet mij niet

Ik heb mijn ogen geopend
om de zon binnen te laten
om mijn hart aan je liefde te warmen

Ik verberg mijn gezicht in je schoot
en huil tranen van verdriet
maar mijn ogen lachen

Ik verzet mij niet
tegen beter weten in

Wat is geluk
toch een vaag begrip



Mijn herinneringen samengevat
in een fractie van intens rood
Het licht vertroebelt
bloed ontrekt zich aan mijn aderen
Ik verlies mijn onschuld
mijn onwetendheid
in een flits
een gewaarwording
als in een spiegel
zie ik mijzelf onstaan
en dan weer de leegte
wanneer het vocht binnendringt
in de huid van mijn tombe
in alle grond
die mij eens van grip voorzag
en haar meevoert
met de laatste slagen van mijn hart
in een stroom van emoties
mijn laatste adem
rukt de bladeren van hun tak
alle leven heeft mij verlaten
in dit barre landschap
val ik niet langer op